Productomschrijving

Diamond DQM-350

Diamond Japan heeft een nieuwe oplossing bedacht voor antennekabels die in voertuigen worden gebruikt om een mobiele antenne aan te sluiten op een transceiver. Hierbij bestaat elke kabel uit twee afzonderlijke kabels die via een hoogwaardige connector aan elkaar zijn gekoppeld. Dit systeem biedt veel voordelen;

Aansluittype (PL of N) aan elke kant vrij te kiezen
Grotere keuze in totale lengte
Grotere keuze uit dikke/dunne kabelverdeling
Wanneer u de antenne of radio vervangt, kan dit nodig zijn slechts een deel kan worden gewijzigd

Om de hierboven genoemde Diamond-antennehouders te kunnen gebruiken neem je een dunne SLM-kabel of SLN-kabel , deze hebben een diameter van 3 mm. Dit is de kabel die door de raamrubber, deurrubber of kofferbskrubber van een voertuig kan worden geleid. Eenmaal binnen in het voertuig koppel je de SLM- of SLN kabel aan een dikkere antennekabel van het type DQM- of DQN, deze hebben een diameter van 7mm met een diameter en worden aangesloten op de transceiver in het voertuig.

TIP: Om de demping zo laag mogelijk te houden, kiest u voor de dunne buitenkabel zo kort mogelijk en de dikke binnenkabel zo lang als nodig. Het resultaat is een zeer goed compromis tussen demping en installatiegemak in het voertuig.

De Nieuwe lijn van Diamond bevat:

SLM: dunne kabel voor buitengebruik met PL-aansluiting
SLN: dunne kabel voor buitengebruik met N-bus
DQM: dikke kabel voor gebruik binnenshuis met PL-stekker
DQN: dikke kabel voor gebruik binnenshuis met N-connector
DQSM: dikke binnenkabel met SMA-connector
DQSMF: dikke binnenkabel met SMA-aansluiting

Diamond DQM- en SLM kabel combineren

De Diamond DQM-antennekabel is dikker en komt aan de transceiver kant en deze kun je combineren en aansluiten op een dunne SLM-antennekabel die je tussen door de kofferbak-, raam-, of deurrubber kunt leiden.

Kies ten tweede de dikste DQM-xx-kabel met een diameter van 7,5 mm, die naar de transceiver leidt. Om de demping zo laag mogelijk te houden, kiest u de buitenste (dunste) kabellengte zo kort mogelijk en de binnenste (dikkere) kabellengte.